01 september 2022.
Kun je jezelf aan ons voorstellen?
Mijn naam is Jolanda Liebregts. Verloskundige in maatschap in de eerste lijn sinds 2005, niet meer praktiserend sinds 2019. Voordat ik verloskundige werd, ben ik afgestudeerd als psycholoog aan de Universiteit Maastricht. Waarom mensen de dingen doen die ze doen heeft me altijd geïnteresseerd. Hoe we als zorgverleners met elkaar en onze cliënten omgaan, hoe we geboortezorg organiseren, wat wel en wat niet goed gaat hierin had naast de praktische verloskunde mijn bijzondere interesse. Ik ben dan ook actief in besturen en overleggen om bij te dragen aan de integrale geboortezorg. Eerst regionaal en later toen ik uit de praktijk ging landelijk als regiomanager voor de KNOV. Via verschillende projecten en opdrachten heb ik meer en meer geleerd over het organiseren van integrale geboortezorg, wat nodig is en wat frustreert.
Nu ik promotieonderzoek kan doen naar variaties in organisatie van integrale geboortezorg en mogelijke associaties daarmee op gezondheid van moeder en kind, ervaringen van cliënten en zorgverleners, zorgkosten en zorgprocessen ben ik als een vis in het water. Het is een ambitieus en intensief onderzoek en erg nodig in een tijd waarin we vooral in discussie gaan op basis van angsten en aannames. Ik hoop dat we met de studie kunnen bijdragen aan een constructieve discussie over de organisatie van integrale geboortezorg in Nederland.
Er is veel te doen rondom de organisatie van integrale geboortezorg. Waarom zijn jullie de VOICE studie gestart?
Op dit moment is er geen eenduidige definitie van integrale geboortezorg en is er ook geen consensus over wat optimale zorg voor alle zwangeren is. Hoe integrale geboortezorg georganiseerd zou kunnen worden is hierom dan ook een lastig onderwerp. Mede ook omdat we onvoldoende weten welk (mogelijk) effect de manier van organiseren heeft op de gezondheid van moeder en kind, ervaringen van cliënten en zorgverleners, de zorgkosten en/of zorgprocessen.
Omdat integrale geboortezorg hoog op de agenda’s van de geboortezorgpartijen staat en iedereen vanuit eigen perspectief een (eigen) belang heeft bij de organisatie ervan ontstaat dan ook vaak een spraakverwarring en onderlinge irritatie. Met de VOICE studie willen we een bijdrage leveren aan het constructieve gesprek over de organisatie van integrale geboortezorg.
Wat gaan jullie precies doen en wie hebben jullie daar bij nodig?
We beginnen met een scoping review om vanuit de literatuur een beeld te krijgen van welke vormen van organisatie van integrale geboortezorg er zijn en welke (mogelijk) effecten deze manieren van organiseren hebben op de gezondheid van moeder en kind, ervaringen van cliënten en zorgverleners, de zorgkosten en/of zorgprocessen.
Daarna gaan we de bevindingen uit de literatuur toetsen aan de praktijk. We doen dit met een ‘Community of Practice’, bestaande uit geboortezorgprofessionals en cliënten die samenwerken in regionale Verloskundige Samenwerkings Verbanden (VSV’s) en Integrale Geboortezorg Organisaties (IGO’s). We zullen met cliënten, partners, bestuurders, zorgverleners, beleidsmakers en verzekeraars in gesprek gaan over wat er in de praktijk bekend is en ervaren is met betrekking tot het organiseren van integrale geboortezorg en de mogelijke effecten daarvan. Dit is een kwalitatief onderzoek met behulp van focusgroepen en interviews.
Op basis van de opbrengst uit het literatuuronderzoek en de community of practice zullen vragenlijsten ontwikkeld worden die aan alle VSV’s in Nederland worden voorgelegd. Hiermee hopen we een indruk te krijgen van hoe de geboortezorg in Nederland op dit moment georganiseerd is. Ook dit is kwalitatief onderzoek met behulp van interviews en vragenlijsten.
Op basis van het geleerde in en in samenwerking met de praktijk hopen we tools beschikbaar te kunnen stellen waarmee VSV’s en IGO’s integrale geboortezorg verder kunnen organiseren.
Tot slot zullen we met behulp van DIAPER data (data beschikbaar in samenwerking met RIVM en LUMC) onderzoeken of er een verband is tussen elementen van organisatie van geboortezorg, perined-data, CBS data en Vektis data.
Wat hoop jij in 2026 als eindproduct aan het veld te kunnen opleveren?
Ik hoop met de opbrengst van de VOICE studie een belangrijke bijdrage te kunnen leveren aan het constructieve gesprek over organisatie van integrale geboortezorg in Nederland. Dat we op basis van de literatuur en de opbrengsten van het kwalitatieve onderzoek meer inzicht krijgen in de variatie in organisatie en (mogelijke) associaties de manier van organiseren heeft met de gezondheid van moeder en kind, ervaringen van cliënten en zorgverleners, de zorgkosten en/of zorgprocessen. Naast wetenschappelijke publicaties hoop ik ook practische tools voor de VSV’s en IGO’s op te leveren, zodat zij op basis van de uitkomsten hun volgende stappen kunnen zetten.
Meer lezen over de VOICE studie?
Waarom is het organiseren van integrale geboortezorg zo ingewikkeld?