23 mei 2023.
Wat als je zwanger bent en je verblijft in een asielzoekerscentrum?
Arts Julia Tankink promoveert binnenkort met haar onderzoek naar de geboortezorg aan gevluchte zwangeren. Toen ze aan zorgverleners vroeg wat deze groep volgens hen nodig heeft, was het eerste antwoord: ‘Dat er geen ratten meer in de kamers van zwangere vrouwen rondlopen.’
Tankink is een van de geïnterviewden in Baren buiten de box. Over hoe de geboortezorg niet voor iedereen gelijkwaardig is. Voor dit boek spraken Bahareh Goodarzi en Daan Borrel tien wetenschappers en beleidsmakers over discriminatie in de geboortezorg – in asielzoekerscentra, maar ook daarbuiten. Uit die gesprekken blijkt: in Nederland worden zwangeren niet gelijkwaardig behandeld.
In azc’s is de situatie misschien wel het schrijnendst. Iemand die zwanger is kan zomaar worden overgeplaatst naar een andere locatie en op dezelfde dag moeten vertrekken. De nieuwe verloskundige weet dan niet wat haar medische geschiedenis is, omdat het dossier niet mee verhuist; om nog maar te zwijgen over de stress die met zo’n verhuizing gepaard gaat.
De statistieken liegen er niet om. Uit onderzoek in het noorden van het land bleek dat de babysterfte onder mensen die asiel aanvragen zeven keer zo hoog is als onder zwangeren zonder een migratieachtergrond. Uit een andere studie bleek dat de moedersterfte in azc’s tien keer zo hoog is als het Nederlandse gemiddelde.
Ook andere zwangeren en baby’s met een niet-westerse migratieachtergrond hebben meer kans om ziek te worden of te overlijden. En baby’s van ouders die in armoede leven, overlijden vaker en hebben meer kans op een vroeggeboorte.
In Nederland zijn de ziekte- en sterftecijfers weliswaar laag vergeleken met andere landen, maar wie je bent, wat je achtergrond is en hoeveel geld je hebt, heeft invloed op de kwaliteit van de zorg die je ontvangt als zwangere vrouw en als pasgeboren baby. Goodarzi en Borrel pleiten daarom in hun boek voor een rechtvaardige geboortezorg voor iedereen.
Speelt huidskleur een rol in geboortezorg?
Goodarzi – van Iraanse afkomst – is docent aan de Academie Verloskunde Amsterdam Groningen en postdoctoraal onderzoeker op de afdeling Verloskundige Wetenschap aan het Amsterdam UMC.
Ze is opgeleid als verloskundige en was zich niet altijd bewust van de discriminatie in haar vakgebied. Toen een Iraanse zwangere vrouw op haar spreekuur kwam die de Nederlandse taal niet machtig was, stond Goodarzi erop om geen Perzisch met haar te spreken. Terwijl ze de Iraanse taal goed beheerst.
‘Ik dacht: waarom moet ik jou anders behandelen?’ vertelt Goodarzi als ik haar spreek op de redactie van De Correspondent. ‘Leer maar gewoon de taal. Je krijgt echt geen voorkeursbehandeling. Dat is natuurlijk een heel gekke gedachtegang.’ Want waar Goodarzi deze zwangere een gelijke behandeling wilde geven, ziet ze nu, stelde ze haar juist achter door een taal te spreken die ze niet begreep.
Toen de Black Lives Matter-protesten begonnen in 2020 en Goodarzi ook ging protesteren tegen racisme, vroeg ze zich af: zou huidskleur ook een rol spelen in de geboortezorg?
In haar proefschrift besloot ze het verband tussen de etnische achtergrond van een zwangere en de kans op babysterfte te onderzoeken. En jawel, zwangeren met een niet-westerse migratieachtergrond bleken meer kans te hebben om hun kind te verliezen; die kans werd nog groter als ze ook een slechtere sociaal-economische positie hadden.
Komt dat niet door de ongezondere leefstijl en slechtere gezondheid in deze bevolkingsgroepen? ‘Daar wilde ik van wegblijven’, vertelt Goodarzi. ‘Want dan wordt het probleem individualistisch gemaakt: die mensen hebben niet goed genoeg hun best gedaan, het probleem ligt bij hen. Daarom keek ik alleen naar gezonde zwangeren die begeleid werden door een verloskundige [en dus niet in het ziekenhuis werden behandeld vanwege medische complicaties, SB].’
Goodarzi zag ook hoe racistische denkbeelden ingebakken zitten in haar vakgebied. Zo worden verloskundigen en gynaecologen getraind om ziektes te herkennen op een witte huid; daardoor wordt bijvoorbeeld zuurstofgebrek bij baby’s met een donkere huid minder snel opgemerkt.
Ook ontstond eind negentiende eeuw het idee dat het bekken van witte vrouwen geschikter is om te baren. Al is het intussen achterhaald, het is nog altijd terug te vinden in lesboeken – ook op de opleiding verloskunde waar Goodarzi zelf lesgeeft – en draagt eraan bij dat zwangeren van kleur sneller een keizersnede krijgen. Zwarte vrouwen krijgen ook minder vaak pijnverlichting, omdat sommige zorgverleners geloven dat zij minder pijn zouden ervaren (dit staat bekend als ‘obstetrische taaiheid’).
Verder lezen?
Lees het volledige artikel ‘Iedere zwangere verdient even goede zorg. Maar niet iedere zwanger krijgt die ook’ van auteur Sanne Blauw op de site van de Correspondent.